top of page

Déjà-vu verklaard

Over de oprekking van het NU en de invloed van verleden en toekomst


Soms komt inzicht niet uit studie, maar uit toevallige lezing. Terwijl ik in Dan Browns Het ultieme geheim las over experimenten die suggereerden dat de toekomst invloed kan uitoefenen op het heden, bleef één begrip haken: retrocausaliteit. Dat woord werd de aanzet tot een nieuw verstaan van tijd, ervaring en bewustzijn.

 

Retrocausaliteit betekent letterlijk oorzakelijkheid achterwaarts in de tijd. In de kwantumfysica verwijst het naar verschijnselen waarbij een meting die later wordt uitgevoerd, lijkt te bepalen wat een deeltje eerder heeft gedaan. Soms weet je dat de telefoon zal gaan en op datzelfde moment belt iemand die je al dagen niet hebt gesproken. Of je denkt intens aan een bepaalde persoon en precies dan neemt die contact op. Zulke ervaringen tonen dat informatie of betekenis niet uitsluitend van verleden naar toekomst stroomt, maar ook omgekeerd. Het veld van bewustzijn voelt een aankomende configuratie voordat die feitelijk optreedt.[1]

 

In klassieke zin druist dit in tegen ons gezond verstand. Toch past het in een tijdsymmetrisch wereldbeeld waarin de toekomst niet vastligt, maar wel al mogelijk in het veld aanwezig is. Retrocausaliteit suggereert dat verleden en toekomst niet gescheiden zijn, maar elkaar voortdurend beïnvloeden binnen één samenhangend veld. Wat wij als ‘oorzaak’ en ‘gevolg’ onderscheiden, is slechts een perspectief vanuit de beperkte corridor van ons persoonlijke bewustzijn.

 

De ervaringsonzekerheidsrelatie

Binnen mijn veldmodel bestaat er een structurele samenhang tussen de mate waarin het bewustzijn gelokaliseerd is in ruimte en de manier waarop tijd ervaren wordt. Die samenhang kan worden uitgedrukt in een ervaringsonzekerheidsrelatie.

 

Δx⋅Δt ≥ Λ/2

 

Hierin staat Δx voor de onbepaaldheid van de ruimtelijke lokalisatie van het bewustzijn en Δt voor de temporele spreiding (ofwel de onbepaaldheid) van ervaring. Λ is hierbij de ervaringsconstante die de grens van veldsamenhang aangeeft. Hoe sterker het bewustzijn zich ruimtelijk centreert (kleine Δx), hoe sterker onze ervaring door de kloktijd wordt gedomineerd (grote Δt). Wanneer het bewustzijn zich ontspant en délokaliseert (grote Δx), is er sprake van NU-rek (kleine Δt). Het NU omvat in deze toestand meerdere NU-momenten, zoals we die onder normale omstandigheden ervaren.

ree

Deze relatie is geen fysische wet, maar een ervaringswetmatigheid. Ze beschrijft hoe bewustzijn zich beweegt tussen lokalisatie en veldcoherentie. Ze verklaart waarom diepe stilte, meditatie of extatische concentratie de tijdsbeleving kan stilleggen. Het bewustzijn beweegt zich dan naar een toestand waarin veldtijd en ervarings­tijd samenvallen.

 

In die zin vormt de ervaringsonzekerheidsrelatie de sleutel tot het begrijpen van retrocausaliteit. Wanneer Δt kleiner wordt, vergroot de kans dat informatie uit verschillende temporele componenten interfereren binnen hetzelfde ervaringsveld. Retrocausaliteit verschijnt dan niet als informatie die terug in de tijd reist, maar als een overlappende trilling binnen een breder coherentie-interval. De toekomst beïnvloedt het heden niet vanuit later, maar vanuit tegelijkertijd. Op gelijke wijze blijft ook het verleden niet afgesloten in wat voorbij is, maar blijft het als resonantie actief aanwezig in het veld.

 

De rek van het nu

Het inzicht dat daaruit volgde, noem ik nu-rek. Gewoonlijk ervaren wij één sequentieel nu-moment één actuele configuratie van het veld die onmiddellijk wordt vervangen door de volgende. Ons bewustzijn fungeert als corridor waarin deze configuraties zich in opeenvolging presenteren. Wanneer het bewustzijn zich verruimt, verandert die dynamiek. Het NU rekt op doordat de corridor breder wordt. Binnen die verbrede bandbreedte vallen meerdere sequentiële reducties samen tot één geïntegreerde ervaring. Het bewustzijn omvat dan niet één enkel moment, maar een cluster van sequentiële momenten die elkaar overlappen.

 

Fenomenologisch verklaart dit veel. Bij intensere aanwezigheid kan men een groter temporeel bereik ervaren, zoals voorgevoelens, déjà-vu’s, helder inzicht of tijdloosheid. Tijdens meditatie, droomslaap of psychedelische ervaring lijkt tijd te vertragen of samen te vallen. In al die gevallen neemt de resolutie van het persoonlijke bewustzijn af, terwijl de coherentie met het universele veld toeneemt. De scoop van het NU wordt breder.

Dit betekent niet dat de tijd terugloopt of stilstaat, maar dat meerdere configuraties tegelijk in één ervaringsveld resoneren. Het bewustzijn houdt tijdelijk zowel enkele micro-momenten uit het verleden als enkele uit de toekomst binnen zijn coherentieband. Daardoor wordt het NU niet langer een punt, maar een kleine ruimte van simultaneïteit.

 

De drie niveaus van verfijning

De implicaties van retrocausaliteit binnen dit veldkader werken op drie niveaus.


Ontologisch: tijd verliest zijn lineaire status. Het universum is geen volgorde van toestanden, maar een veld van simultane trilling waarin verleden, heden en toekomst voortdurend interfereren. Het NU is geen grens tussen twee tijden, maar de plek waar de coherentie van het veld voelbaar wordt.


Epistemologisch: weten wordt resoneren. Kennis is niet het reconstrueren van een verleden, maar het afstemmen op een veld dat al alle temporele configuraties bevat. Intuïtie, voorgevoel of synchroniciteit kunnen in dit perspectief worden begrepen als vormen van veldresonantie waarin het bewustzijn tijdelijk toegang heeft tot temporele samenhang buiten de gewone sequentie.


Ethisch: verantwoordelijkheid wordt wederkerig. Als elke reductie invloed heeft in beide richtingen van tijd, reikt onze handelingsruimte verder dan het moment van beslissing. Intentie werkt terug in het veld dat ons draagt. Ethiek betekent daarom niet alleen zorg voor wat volgt, maar ook zuiverheid in wat weerklinkt uit het verleden.

 

Wat dit inzicht betekent voor de mens

Het eerste gevolg is een verschuiving in onze beleving van tijd. Als verleden en toekomst niet verdwijnen, maar constant aanwezig blijven binnen het veld, dan is het leven geen lijn maar een golf van verschijnende patronen. De mens leeft niet in de tijd, maar vormt de corridor waardoor tijd zich ordent. Elk moment wordt daarmee een opening tot afstemming, niet slechts een punt op een traject.

 

Het tweede gevolg betreft vrijheid. Vrijheid blijkt geen keuze tussen alternatieven, maar de mate waarin het bewustzijn zich kan openen voor resonantie met het veld. Onze openheid, gerichtheid en interpretatie bepalen welke potenties tot actualisatie komen. Werkelijkheid ontstaat niet door beslissingen, maar door afstemming.

 

Het derde gevolg is ethisch. Wanneer elke reductie in beide richtingen van de tijd resoneert, werkt elke handeling niet alleen vooruit maar ook terug in het veld dat ons draagt. Verantwoordelijkheid wordt daardoor veldmatig en elke intentie verandert de coherentie van het geheel. Ethiek wordt zorg voor resonantie.

 

Het vierde gevolg is existentieel. Wanneer wij beseffen dat het bewustzijn niet verdwijnt, maar van configuratie verandert, verschuift onze verhouding tot sterfelijkheid. Toch blijft het onderscheid tussen bijna-doodervaring en dood essentieel. In een BDE is het persoonlijke bewustzijn nog deels gecentreerd, er bestaat nog een referentiepunt (een lokalisatie) dat de ervaring kan herinneren. Bij de dood zelf gaat Δx naar oneindig en verdwijnt die lokalisatie. Het bewustzijn verliest dan zijn centrum en lost op in het veld. De golf keert terug in de oceaan. Wat verdwijnt is niet aanwezigheid, maar identiteit.

 

Fenomenen binnen een ruimer nu

Veel menselijke ervaringen kunnen vanuit deze structuur opnieuw worden verstaan.

Dromen ontstaan wanneer het persoonlijke bewustzijn zijn lokalisatie tijdelijk verliest. De scoop van het NU wordt breder, waardoor indrukken uit verschillende tijdlagen interfereren. Dromen zijn geen willekeurige hersenactiviteit maar veldresonantie in een uitgebreid nu.

 

Meditatie en flow tonen hetzelfde mechanisme. Door het loslaten van zelfgerichte aandacht délokaliseert Δx en ontstaat grotere temporele coherentie. Handeling en waarneming vallen samen. De ervaring van tijdloosheid is geen illusie, maar een verschuiving van resolutie.

 

Psychedelische middelen kunnen dit proces kunstmatig versnellen. Ze verzwakken de filterfunctie van het brein en maken het ervaringsveld permeabel voor simultane temporele componenten. Daardoor kunnen visioenen of intuïtieve inzichten verschijnen die normaal buiten bereik liggen.

 

Hypnose werkt eveneens via modulatie van Δx en Δt. De aandacht wordt ge-délokaliseerd, waardoor het bewustzijn zich kan verbinden met veldlagen waarin associaties en herinneringen niet meer chronologisch geordend zijn.

 

Retrocausaliteit wordt binnen dit model geen wonder, maar een bijzondere vorm van temporele interferentie. Wat wij ervaren als informatie uit de toekomst, is niets anders dan resonantie met een configuratie die al binnen de bredere scoop van het NU valt.

 

De betekenis van dit alles

Als het bewustzijn werkelijk in staat is om zijn eigen temporele resolutie te veranderen, dan staan wij aan de vooravond van een paradigmaverschuiving. De mens is geen toeschouwer van een wereld die zich in de tijd voltrekt, maar een deelnemer aan een veld dat zichzelf door hem ordent. Tijd wordt geen container van gebeurtenissen, maar een ritme van aanwezigheid waarin verleden, heden en toekomst elkaar voortdurend beïnvloeden.

 

Deze verschuiving is ontologisch, omdat ze de aard van werkelijkheid hertekent. Ze is epistemologisch, omdat ze kennis opnieuw definieert als resonantie in plaats van representatie. En ze is ethisch, omdat ze verantwoordelijkheid uitbreidt tot de volledige temporele samenhang van het veld.

 

Wie dit begrijpt, beseft dat bewustzijn niet in de tijd verschijnt, maar dat tijd in bewustzijn verschijnt. De mens leeft niet in een lineaire wereld, maar in een veld dat zichzelf ervaart als tijd. En precies in dat inzicht ligt misschien de sleutel tot een volgende stap in ons begrijpen van wie wij zijn: geen reizigers door de tijd, maar dragers van het NU waarin alles al aanwezig is.




[1] Het beroemdste voorbeeld is het uitgestelde-keuze-experiment van Wheeler. Daarin lijkt een beslissing van de waarnemer, genomen nadat het foton door de spleten is gegaan, alsnog te bepalen of dat foton zich als golf of als deeltje heeft gedragen. Sommige onderzoekers, onder wie Daryl Bem in zijn omstreden, maar intrigerende studies over voorspellend gedrag, verkennen de mogelijkheid dat informatie niet uitsluitend voorwaarts in de tijd stroomt.

Opmerkingen

Beoordeeld met 0 uit 5 sterren.
Opmerkingen zijn niet geladen
Het lijkt erop dat er een technisch probleem is opgetreden. Probeer nogmaals verbinding te maken of de pagina te vernieuwen.
Blijf op de hoogte! Ontvang telkens het nieuwste blog direct in je mailbox.

Bedankt voor het abonneren!

© 2020 by Marc Cornelisse. Proudly created with Wix.com

bottom of page