top of page

Negentien miljard

Bijgewerkt op: 7 dagen geleden

De miljarden die plotseling vrijkomen voor defensie roepen nauwelijks nog verzet op. In de politiek lijkt een zeldzame vorm van consensus te zijn ontstaan. Poetin vormt een reële bedreiging en daar moet hard militair op worden geanticipeerd. Maar is dat werkelijk het geval? Is de Russische expansiedrift zo onvoorspelbaar en gevaarlijk dat een enorme opbouw van wapens en legers de enige logische reactie is? Of zijn we collectief gevangen geraakt in een angstlogica die zichzelf voedt?

 

De angst voor Poetin

Poetin heeft met de inval in Oekraïne de wereldorde op scherp gezet. Hij annexeert gebieden die vroeger tot de Sovjet-Unie behoorden, zonder enig respect voor de soevereiniteit van onafhankelijke staten. Dat heeft de angst aangewakkerd dat hij mogelijk verder zal oprukken. Vooral landen als Estland, Letland en Litouwen - inmiddels NAVO-lidstaten - voelen zich kwetsbaar. Op papier betekent een aanval op een van hen een directe confrontatie tussen Rusland en de NAVO. Artikel 5 van het NAVO-verdrag verplicht de andere lidstaten dan namelijk tot militaire bijstand. Dat scenario weegt zwaar op de politieke besluitvorming.

 

Toch is het de vraag of deze angst reëel is. Rusland heeft zijn handen vol aan Oekraïne. Economisch bloedt het land zelf langzaam leeg. De binnenlandse steun brokkelt af en echte militaire successen blijven uit. Een aanval op een NAVO-lidstaat zou neerkomen op een zelfmoordmissie. Poetin mag dan autoritair zijn, hij is niet irrationeel. Zijn regime opereert vanuit machtscalculatie, niet vanuit blinde roekeloosheid. De angst voedt zich met het verleden, met beelden uit de Koude Oorlog, met ideologische vijandbeelden. Maar de realiteit is complexer dan die reflexmatige analogieën suggereren.

 

Militaire logica als zelf vervullende profetie

De miljardeninvesteringen in defensie brengen ons niet per se dichter bij vrede. Integendeel, ze bevestigen de aanname dat veiligheid enkel te verkrijgen is via bewapening. Die gedachte is gevaarlijk. Ze doet alsof veiligheid voortkomt uit dreiging en afschrikking. Maar elk wapen dat ingezet wordt om veiligheid te suggereren, wordt door de ander gelezen als een signaal van agressie. De wederzijdse bewapening voedt de onzekerheid. Zo ontstaat er een wereld waarin iedereen zich bedreigd voelt en waarin precies dat gevoel het uitgangspunt vormt van politieke keuzes.

 

Wat betekent veiligheid eigenlijk? Is het een staat van bewapende rust, waarin niemand de ander vertrouwt? Of is veiligheid iets relationeels, iets dat ontstaat vanuit onderlinge erkenning, economische verwevenheid en culturele uitwisseling? De militaire reflex verengt het veiligheidsbegrip tot een spel van dominantie en dreiging. Maar dominantie garandeert geen vrede. Ze produceert juist een permanente staat van waakzaamheid en angst.

 

Poetin als excuus voor structurele keuzes

Er speelt ook iets anders. De militarisering van Europa gebeurt niet alleen uit angst, maar ook uit economische en politieke strategie. In een kapitalistisch systeem geldt economische groei als voorwaarde voor stabiliteit. Sectoren die bijdragen aan groei krijgen prioriteit. De energietransitie levert wel werkgelegenheid en innovatie, maar blijft vooralsnog achter bij de groeicijfers die het oude fossiele model opleverde. In dat vacuüm duikt de defensie-industrie weer op. Wapens, munitie, technologie en infrastructuur kunnen op korte termijn voor groei zorgen. De heropleving van de wapenindustrie past dus naadloos in een economisch model dat voortdurend nieuwe impulsen nodig heeft. Poetin fungeert als de ideale katalysator. Zijn agressie legitimeert investeringen die anders moeilijk verdedigbaar zouden zijn. Zo wordt het beeld van de vijand niet alleen een geopolitiek, maar ook een economisch instrument. Machtspolitiek en marktlogica versterken elkaar in een systeem dat veiligheid verwart met militaristische vitaliteit.

 

Responsiviteit in plaats van herhaling

We doen alsof de militaire opbouw onvermijdelijk is. Alsof de geschiedenis zich herhaalt. Alsof Poetin de enige factor is in een wiskundige vergelijking met maar één uitkomst. Maar dat is niet zo. De werkelijkheid is geen gesloten systeem. Ze is complex, gelaagd en responsief. In het veld dat nu klinkt, zet angst de toon. Daarin lijken conflicten onafwendbaar en verschijnt macht telkens als antwoord op macht. Maar het veld draagt ook andere tonen in zich. In momenten van ontvankelijkheid klinkt iets dat niet past binnen het patroon van dreiging en tegenkracht. Een toon van terughoudendheid, van erkenning, van relationeel besef. En precies daar ontstaat de ruimte voor een antwoord dat niet terugduwt, maar opent.

 

Er is een alternatief

Geen utopie, maar een ander soort rationaliteit. Een wereldbeeld waarin wederzijdse afhankelijkheid niet als zwakte geldt, maar als basis voor vrede. Dat vraagt om beleid waarin dialoog boven confrontatie staat, waarin diplomatie niet het sluitstuk vormt maar het beginpunt. Dat vraagt ook om investeringen in civiele weerbaarheid. Daarmee wordt het vermogen van een samenleving bedoeld om bij crises, misleiding of sociale ontregeling veerkrachtig en verbonden te blijven, zonder terug te grijpen op militaire middelen. Ook onderwijs dat relationeel denken bevordert is van belang, net als internationale samenwerking rond energie, technologie en cultuur. Een economie die niet langer afhankelijk is van dreiging, maar die groei zoekt in zorg, hernieuwbare bronnen, sociaal ondernemerschap en herstel van ecosystemen. Geen tankfabrieken, maar coöperatieve netwerken. Geen strategische wantrouwenstrainingen, maar interculturele verbondenheid. Geen abstracte moraliteit, maar responsieve betrokkenheid op wereldschaal.

 

Natuurlijk, er blijft altijd een grens waarbij bescherming nodig is. Als Poetin doorgaat en met geweld internationale normen blijft schenden, dan moet daar een grens aan worden gesteld. Maar wat hebben we in de decennia sinds de Tweede Wereldoorlog geleerd, als het eerste reflex nog altijd een wapenwedloop is? Het strategisch gereedschap is inderdaad breder geworden. Diplomatieke allianties, economische sancties, cyberweerbaarheid, informatiestrategieën, culturele invloed en mondiale netwerken staan ter beschikking. Maar veel van deze middelen blijven opereren binnen dezelfde logica van beheersing, druk en tegenkracht. Ze vervangen het wapen niet door een ander wereldbeeld, maar door een andere methode van beïnvloeding. De vraag is niet óf er gereageerd wordt, maar hóe? Niet door te spiegelen, maar door te differentiëren. Niet door te domineren, maar door relationele weerbaarheid te versterken. Niet door harder te klinken, maar door scherper te horen wat werkelijk op het spel staat. Juist in tijden van dreiging is het essentieel dat het veld niet wordt gevuld door spiegelende angst, maar door responsieve beheersing, samenwerking en lange adem. Het alternatief leeft al in fragmenten. Wat nodig is, is ontvankelijkheid en ernst richting datgene wat zich aandient.

 

De NAVO als spiegel van het oude denken

De NAVO blijft hangen in de echo van het vijanddenken uit de twintigste eeuw. Ze is gevormd in een tijd van ideologische machtsblokken en leeft nog steeds volgens de logica van dreiging en tegenmacht. Veiligheid wordt benaderd als een kwestie van afschrikking en militaire paraatheid, terwijl relationele afhankelijkheid en diplomatie structureel ondergewaardeerd blijven. Die benadering werkt zelf vervullend, want wie uitgaat van vijandschap, roept wantrouwen op en bevestigt precies het wereldbeeld waarop zijn bestaan rust. Er is weinig ruimte voor een werkelijk andere kijk op veiligheid, waarin wederzijdse kwetsbaarheid niet als risico, maar als uitgangspunt wordt erkend. De verbeeldingskracht om veiligheid te begrijpen als relationele verbondenheid ontbreekt. Zo blijft de NAVO functioneren als versterker van een wereldbeeld dat haar historische oorsprong weerspiegelt, maar haar toekomstmogelijkheden belemmert.

Commentaires

Noté 0 étoile sur 5.
Pas encore de note

Ajouter une note
Blijf op de hoogte! Ontvang telkens het nieuwste blog direct in je mailbox.

Bedankt voor het abonneren!

© 2020 by Marc Cornelisse. Proudly created with Wix.com

bottom of page